Ga terug naar de homepage van Script

  • Home
  • Script! Onderzoek
    • Script! Publicaties
    • Script! Talks
    • Script! Student Talk
    • Script! Interview
    • Script! Dialoog
    • Script! Themabundel
  • Academische opleidingsscholen
  • Over Script!
    • Doel
    • Deel ook onderzoek
    • Op de hoogte blijven
    • Redactie

Terug naar uw resultaten

Script! Publicatie

De driejarige brugperiode: een brug te ver?

Een reflectie op differentiëren in de driejarige brugperiode op het Theresialyceum

Gepubliceerd op: 18 mei 2014

Samenvatting

Op het Theresialyceum in Tilburg is onderzoek gedaan naar de driejarige brugperiode, die daar al meer dan veertig jaar bestaat. De vraag is of het systeem kan blijven voortbestaan of moet worden aangepast. De keuzemogelijkheden om tegemoet te komen aan de niveauverschillen tussen leerlingen spelen daarbij een belangrijke rol. In vragenlijsten die zijn afgenomen bij derdeklassers en docenten is onderzocht hoe zij het differentiëren in klas 3 beoordelen. Uit het onderzoek blijkt dat op het Theresialyceum vooral sprake is van externe differentiatie: er wordt tegemoetgekomen aan niveauverschillen door zwakkere leerlingen in de begeleiding te plaatsen en betere leerlingen extra vakken aan te bieden. Toch willen docenten de driejarige brugperiode niet afschaffen, maar het begeleidingssysteem en de wijze van differentiëren verbeteren. 

Inleiding

De driejarige brugperiode bestaat op het Theresialyceum sinds de invoering van de Mammoetwet (1968). Potentiële havo- en vwo-leerlingen maken pas aan het einde van het derde schooljaar een definitieve keuze voor havo, atheneum of gymnasium. Ze kiezen dan bovendien een profiel. In het keuzeproces worden ze begeleid door klassendocenten, vakdocenten en decanen. Als decaan ben ik zelf intensief betrokken bij het keuzeproces in klas 3.
Een enquête onder ouders van een nieuwe lichting brugklassers liet zien dat één van de belangrijkste redenen om te kiezen voor het Theresialyceum de driejarig brugperiode is. Toch is er behoeft aan reflectie op dit model. Die behoefte wordt ingegeven door de volgende factoren

  • Dalende gemiddelde cito-scores waarmee de leerlingen de laatste jaren zijn binnengekomen.
  • Een groter wordend percentage doubleurs, vooral in klas twee. 
  • Een veranderende populatie met meer allochtone leerlingen (die mogelijk kampen met taalachterstand en/of minder mogelijkheden tot ondersteuning thuis)
  • De hogere eisen aan leerlingen door de landelijke slaag-zakregeling.

De centrale onderzoeksvraag is: kan de driejarige brugperiode in haar huidige vorm blijven voortbestaan of moet het systeem worden aangepast? In het kader van Krachtig Meesterschap was mijn opdracht om de mate van professionaliteit van de Theresialyceum-docent te onderzoeken. Omdat bij een driejarige brugperiode het omgaan met verschillen tussen leerlingen belangrijker lijkt dan op scholen met meer categorale afdelingen, heb ik het begrip ‘professionaliteit’ gekoppeld aan het containerbegrip ‘differentiatie’. Ik heb onderzocht hoe docenten en studenten de huidige wijze van differentiatie beoordelen. 

Onderbouwing driejarige brugperiode 

In de driejarige onderbouw stelt het Theresialyceum leerlingen in de gelegenheid om het beste van zichzelf te laten zien door:

  1. De mogelijkheid om het keuzemoment voor havo en vwo zo lang mogelijk uit te stellen.
  2. Een optimale sociale cohesie, die wordt bereikt door gedurende de hele onderbouwperiode zwakkere en sterkere leerlingen door elkaar te plaatsen. 
  3. Een gestructureerde intellectuele hiërarchie tegen te gaan. (Te voorkomen dat leerlingen die na de brugklas uitstromen naar de havo zich ondergeschikt gaan voelen aan vwo-leerlingen.)

Tegemoetkomen aan de verschillen tussen leerlingen is essentieel in de driejarige onderbouw. In het onderwijsverslag van de Inspectie van het Onderwijs wordt gezegd dat scholen meer moeten differentiëren, uitdagen, ondersteunen, de leerlingen planmatig begeleiden en meer rekening houden met verschillen. ‘De gemiddelde leerling mag niet de norm zijn!’ De kwaliteit van het differentiëren kan, zowel in als buiten de klas, bepalend zijn voor het succes waarmee het Theresialyceum de driejarige brugperiode gestalte geeft. 

De pijler van de driejarige brugperiode zijn de keuzemogelijkheden om aan niveauverschillen tussen leerlingen tegemoet te komen, gekoppeld aan de vakkenbegeleiding. Vanaf klas 1 kunnen zwakkere leerlingen gebruik maken van maximaal drie lesuren ondersteuning per week in de kernvakken, terwijl leerlingen die geen ondersteuning nodig hebben extra vakken kunnen kiezen. 

Interne en externe differentiatie

Bosker (2005) onderscheidt interne (binnen klassenverband) en externe differentiatie (buiten klassenverband). Op het Theresialyceum is veel oog voor leerlingen, een intensief vakondersteunend begeleidingssysteem (externe differentiatie) en geven ouders hoge rapportcijfers voor de individuele begeleiding van hun kinderen. De differentiatie lijkt echter meer technisch/organisatorisch (extern) dan inhoudelijk (intern).

Opzet en werkwijze 

Ik heb een enquête gehouden over differentiatie onder 204 derdeklassers. Die was gericht op:

  1. Verwachtingen vanuit de basisschool op basis van adviezen en cito-scores.
  2. Tevredenheid over adviezen en het keuzeproces.
  3. Begeleiding in het keuzeproces.
  4. Motivatie en moeilijkheidsgraad van de diverse klassen in de verlengde brugperiode.
  5. De ervaring met en waardering voor de specifieke vakbegeleiding (de pijler).
  6. Specifieke vragen aan leerlingen die gekozen hadden voor havo of vwo. 

Daarnaast is een vragenlijst over differentiatie in klas 3 afgenomen bij docenten waarvan de meeste ervaring hadden in klas 3. 
De vakbekwaamheid van docenten in het omgaan met verschillen tussen de individuele leerlingen is ook van belang voor het onderzoek. Om die te onderzoeken hebben 54 docenten een vragenlijst over professionaliteit ingevuld. Met een aantal algemene vragen werd nagegaan in hoeverre de docenten niveauverschillen tussen de leerlingen in de klas als problematisch ervaren en hoe zij differentiëren en/of zou willen differentiëren in de toekomst. Zo waren op de vraag ‘hoe differentieert u momenteel in klas 3’ de volgende antwoorden mogelijk:

  • Geen differentiatie – dezelfde lesstof.
  • Andere normering van toetsen – dezelfde lesstof, andere toetsen.
  • Aparte lesstof – aparte toetsen. 
  • Anders, namelijk… (hier volgen meerdere antwoordmogelijkheden). 

Er zijn ook vragen gesteld over ‘het uitdaging bieden’ aan de ‘betere’ leerlingen, onder andere door ze:

  • Verrijkingsstof aan te bieden.
  • Met extra opdrachten buiten de klas zelfstandig te laten werken.
  • Een ander lesprogramma aan te bieden.
  • Het TOM-programma (Traject Op maat) voor beter- en hoogbegaafden te laten volgen.

En over ‘het ondersteuning bieden’ aan de ‘zwakkere’ leerlingen, onder andere door:

  • Extra stof aan te bieden.
  • Een ander lesprogramma aan te bieden.
  • Het tempo aan te passen.
  • Leerlingen naar de begeleiding te sturen.

De docenten hebben ook vragen gekregen over dit begeleidingssysteem. Er zijn bovendien vragen gesteld over ‘de professionaliteit’ van de Theresia-docent in de driejarige brugperiode. 

Resultaten van het onderzoek onder derdeklassers

De belangrijkste uitkomsten van de enquête onder 204 derdeklassers zijn:
  • 60% van alle derdeklassers wil de verlengde brugperiode handhaven. 
  • 40% van alle derdeklassers wil een afsplitsing naar 3 havo/3vwo.
  • 50% van de leerlingen die voor havo gekozen hebben, geeft de voorkeur aan een havo-afdeling vanaf klas 3. 
  • 35% van de leerlingen die voor vwo gekozen hebben, geeft de voorkeur aan een afgesplitste vwo-afdeling vanaf klas 3.
  • De waardering voor de specifieke vakbegeleiding valt of staat met de invulling die de individuele docent per vak daaraan geeft.  

Resultaten van het onderzoek onder docenten

De driejarige brugperiode vertoont op een aantal punten slijtage. Toch willen docenten het systeem niet afschaffen, maar vernieuwen. Ze kwamen met veel suggesties voor betere vormen van differentiëren. Een aanzienlijk deel van de docenten in brugklas 3 vindt het niveauverschil tussen havo- en vwo-leerlingen die in dezelfde klas zitten een probleem. 

Momenteel wordt in zeer geringe mate gedifferentieerd. Vanaf het moment dat een leerling een definitieve havo-keuze gemaakt heeft, wordt de norm van een toets aangepast. Soms krijgen havo-kiezers andere (lees: eenvoudigere) toetsen. Docenten menen dat er meer gedifferentieerd zou moeten worden door maatwerk te leveren afgestemd op het niveau van de individuele leerling. Andere vormen van differentiatie zouden in de klas, bij de vaksecties, onderzocht moeten worden. Het rendement van het begeleidingssysteem zou inhoudelijk bekeken moeten worden, waarbij de bevindingen van de derdeklassers die zijn geënquêteerd betrokken kunnen worden. 

Volgens een groot aantal docenten zouden de betere leerlingen beter presteren door ze meer uitdaging in de vorm van extra leerstof en opdrachten aan te bieden. Dat zou bovendien de motivatie voor een vak vergroten. Toch bieden de meeste docenten de betere leerlingen geen extra uitdaging aan. Degenen die dat wél doen, doen dat in de vorm van extra opdrachten die leerlingen zelfstandig moeten verwerken, zowel in als buiten de klas. 

Vaksecties kunnen worden uitgedaagd om beter te differentiëren. Het beleid van de schoolleiding, meer tijd, meer faciliteiten en meer scholing zijn daarbij van belang, net als de uitbreiding van digitale mogelijkheden, invoering van extra modules en de inzet van mogelijkheden om leerlingen buiten de klas te laten werken en van onderwijsassistenten.  

Ondersteuning van de zwakkere leerling zou moeten resulteren in een hogere motivatie voor en een betere prestatie bij het betreffende vak. Daardoor zouden leerlingen beter aangesproken kunnen worden op hun eigen niveau, zouden basisvaardigheden verbeteren, het zelfvertrouwen worden vergroot en de interesse in een vak worden vastgehouden. In de enquête wordt een aantal alternatieven genoemd voor ondersteuning, zoals remedial teaching één op één, meer aandacht voor de basisvaardigheden in het betreffende vak, minder vrijblijvende begeleiding, ook begeleiding voor de zaakvakken en een betere leerling mentor laten zijn van een zwakkere leerling. 

Iets meer dan de helft van de docenten die begeleidingslessen geeft of daar een mening over heeft, geeft aan dat deze begeleidingslessen effectief zijn. Ongeveer een kwart van de ondervraagde docenten vindt dat de tijd die aan deze lessen besteed wordt effectiever ingezet zou kunnen worden, bijvoorbeeld door gewone lessen aan te bieden of leerlingen begeleiding op maat te geven. Er lijkt een willekeur te bestaan in de aanpak van de begeleidingslessen. Zowel binnen de secties als overkoepelend wordt daarover te weinig overlegd. 

De helft van de docenten geeft aan dat hun eigen professionaliteit wordt verbeterd door meer te gaan differentiëren in de driejarige brugperiode. Deze docenten willen graag tegemoetkomen aan de niveauverschillen tussen leerlingen. Toch geeft een groot deel van de docenten aan dat bij hen de gemiddelde leerling de norm is. Meer differentiëren is een wens, maar omstandigheden zoals tijdgebrek werken belemmerend. Scholing, een andere organisatievorm, geavanceerdere ict-mogelijkheden en intervisie zouden tegemoetkomen aan de verschillen tussen leerlingen kunnen bevorderen.

Conclusie en discussie

We gaan terug naar de onderzoeksvraag: kan de driejarige brugperiode op het Theresialyceum blijven voortbestaan? Het antwoord is een duidelijk ja! Het systeem hoeft niet te worden afgeschaft, maar moet op een aantal punten worden verbeterd. Zo is het dure begeleidingssysteem toe aan herijking. Om docenten voldoende tegemoet te kunnen laten komen aan de verschillen tussen leerlingen, moet het begrip ‘differentiatie’ nader worden bekeken en lesmethodes moeten er op worden aangesloten. Tegemoetkomen aan de verschillen tussen de leerlingen in de heterogene samenstelling van zwakke havisten en excellente vwo’ers is essentieel.  Momenteel wordt ín de klas niet of nauwelijks gedifferentieerd. Er wordt kosmetisch tegemoet gekomen aan de verschillen door zwakkere leerlingen in de begeleiding te plaatsen en betere leerlingen extra vakken aan te bieden. Docenten geven aan dat ze hun professionaliteit kunnen vergroten door meer tegemoet te komen aan de verschillen tussen de leerlingen in klasverband. Ze zijn zich ervan bewust dat lesgeven in een heterogene driejarige brugklas hogere eisen stekt aan hun vakdidactische en pedagogische kwaliteiten dan lesgeven in een categoraal systeem. Om te kunnen professionaliseren hebben veel docenten behoefte aan (tijd voor) onderzoek, scholing, intervisiebijeenkomsten en sectieconsultatie.

Aanbevelingen

De schoolleiding kan:
  • Alternatieven tot ondersteuning van de zwakkere leerling onderzoeken en het huidige begeleidingssysteem van bijspijkeren onder de loep nemen.
  • De didactische werkwijzen en de afstemming van de begeleiding binnen de secties en overkoepelend kunnen bekijken, om zo het systeem te verbeteren. Remedial teaching zou in plaats kunnen komen van het huidige re-teaching. Per sectie zou een docent kunnen worden aangesteld die het voortouw neemt.
  • Werkgroepen formeren rondom onderdelen van deze enquête voor een plenaire studiedag. Onderwerpen zouden kunnen zijn: differentiatie binnen de klas door uitdaging te bieden aan de betere en efficiëntere ondersteuning aan de zwakkere leerling; verbetering van de didactische werkwijzen binnen begeleidingslessen; de faciliteiten of scholing die hierbij gewenst zijn; een betere afstemming van secties onderling en overkoepelend. 

Literatuur

Bosker, R. (2005). De grenzen van gedifferentieerd onderwijs. Groningen: Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar/Rijksuniversiteit Groningen

Inspectie van het Onderwijs (2010). Onderwijsverslag 2009/2010. De Meern: Inspectie van het Onderwijs.

Kalthoff, I. (2011). Enquête driejarige brugperiode derde klassen schooljaar 2010/2011. Tilburg: Theresialyceum

 

  • Delen via:
Lees meer

« Vorig resultaat

Volgend resultaat »

0 reactie(s)

Plaats een reactie
Toon meer reacties

Plaats je reactie

X Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn met een * aangegeven.
Gerelateerde informatie

« Vorig resultaat

Volgend resultaat »

Filter op onderwerp

  • Structuur van de school
  • Havo en vwo
auteur

Ingrid Kalthoff

docent Frans, decaan Theresialyceum

Populaire artikelen

Script! Talk

To teach is to learn

Script! Talk

Script!-Talk: Formuleren kun je leren

Script! Talk

Script-Talk: Contextonderwijs in bètavakken als inspiratiebron

Script! Talk

Een equilibrium in de (academische) opleidingsschool

Script! Talk

The game continues! Op het vmbo

Houd mij op de hoogte

Schrijf je in voor

  • Script!

  • Home
  • Script! Onderzoek
  • Academische opleidingsscholen
  • Over Script!
  • Service

  • Omo.nl
  • Disclaimer
  • Contact

  • Jos Hulsker
  • T: (013) 595 55 00
  • E: script@omo.nl
  • Copyright © 2019 Vereniging Ons Middelbaar Onderwijs. Alle rechten voorbehouden.
  • Script! is een initiatief van vereniging Ons Middelbaar Onderwijs